(c) Dries Segers
(c) Dries Segers

De eerste tournee van het nieuwe JazzLab-seizoen focust op Aspen Edities. Dat label, gevestigd in een fascinerend niemandsland tussen folk, improvisatie en hedendaagse geluiden, is in handen van twee muzikanten – Ruben Machtelinckx en Niels Van Heertum – en schrijfster Sanne Huysmans. Zij stelden een reeks concertavonden samen die dat niemandsland geur en kleur geeft. Een prima aanleiding om het met Machtelinckx te hebben over het starten van een label, samenwerken met beeldende kunstenaars en muziek spelen die soms moeilijk is te categoriseren.

De eerste releases van Aspen Edities verschenen in 2017. Speelde je al lang met het idee om een label te starten?

RM: Ik heb er zeker een jaar mee in mijn hoofd gelopen voor we effectief die stap hebben gezet. Maar ik wilde het niet alleen dragen, dus dan begin je na te denken: met wie kan het? Niels en Sanne zijn er heel organisch bijgekomen. We voelden dezelfde nood. Daarvoor was alles wat verspreid: sommige projecten van mij verschenen bij Rogé (Verstraete, el Negocito Records) en andere bij Smeraldina-Rima. Ik wilde alles graag samenbrengen en een duidelijke lijn uitzetten. Zelf volg ik ook heel graag labels. Vaak ontdek ik een paar releases en snuister ik vervolgens in de hele catalogus. Zo kom ik heel mooie dingen tegen, zeker bij kleinere labels. Dat wilde ik ook.



Video  © Ante Timmermans

Wilde je  meer controle over het volledige procédé?

RM: Een beetje misschien. Je bent als muzikant extreem betrokken bij de muziek, van het schrijven tot het opnemen. Dan voelde het soms wat raar om al de rest uit handen te geven. Dan heb ik het bijvoorbeeld over artwork. Ik ben wel geïnteresseerd in beeldende kunst, en de paar samenwerkingen met kunstenaars die ik voorheen al had, waren altijd enorm interessant. Ze bleken op een andere manier om te gaan met hun werk. Bij muziek ligt de focus vaak op uitvoeren, terwijl het voor mij vooral gaat om een proces van thuis bedenken en uitwerken. Het tonen is natuurlijk welkom, maar het maakproces is voor mij primair. Ik werk vaak projectmatig, dus ik zie daarin veel linken met beeldende kunstenaars die naar iets toewerken of zichzelf om de zoveel tijd heruitvinden voor een nieuwe tentoonstelling.

De relatie met kunstenaars die jullie artwork ontwerpen, hoe zit dat? Zijn dat mensen die je kent of mensen wiens werk je ontdekt en bij wie je polst naar een eventuele samenwerking?

© Jockum Nordström

RM: Beide gevallen komen voor. Er zijn kunstenaars wiens werk ik al langer ken, of die ik persoonlijk ken, en dan groeit dat organisch. Over het werk van Jockum Nordström, die het artwork van porous structures (links) verzorgde, was ik meteen enthousiast. Toen ik hem contacteerde bleek hij zelf ook met muziek bezig te zijn, in de Noorse punk-scene. Het is de bedoeling om met veel van die kunstenaars iets uit te diepen. Het staat niet in steen gebeiteld, maar elk project lijkt een eigen kunstenaar te hebben. De releases van Linus zullen altijd met Ante Timmermans gebeuren. Het is boeiend om te zien hoe je samen evolueert.

Wordt het artwork op maat gemaakt of gaat het om bestaand werk?

RM: Een combinatie van de twee. Het is al gebeurd dat kunstenaars zeggen dat ze iets speciaal voor de plaat gaan maken, en vervolgens blokkeren. Dat is herkenbaar, want als ik  een concrete opdracht krijg, dan vind ik dat ook vaak moeilijk. En het gaat bijna altijd over korte termijnen. Als de muziek klaar is, dan willen we er graag snel mee verder. Dus soms worden werken speciaal voor de gelegenheid gemaakt, maar vaker nog zijn het werken die we in samenspraak kiezen.

Iets over Sanne Huysmans, een van de drie mensen achter het label. Het lijkt ongewoon: twee muzikanten met een schrijfster. Wat is haar rol?

RM: Haar rol in het label was snel duidelijk. Ze is natuurlijk een klankbord. Als we keuzes maken over projecten, dan heeft ze daar ook iets in te zeggen. Alleen wilden we dat er ook iets van haar bij was. En zo kwamen we bij het literaire. Er zit iets kleins, iets literairs in elke release. Meestal is het een korte quote, niet te zwaar, niet opgeblazen en dicht bij de essentie. Dat zijn toevoegingen van haar, een connotatie bij de muziek of het artwork, of bij allebei. We merken dat dat wel werkt, dat mensen zo’n extra kapstok fijn vinden. Een extra dimensie, niet té duidelijk of te flauw. Het is zoeken, maar ze doet dat super goed. Ze brengt dingen aan en in samenspraak met de artiesten wordt beslist.

Hadden jullie een doel voor ogen, bijvoorbeeld over het aantal releases?

RM: Nee. We hadden meteen drie projecten waarmee we iets wilden doen. Natuurlijk wilden we er een langetermijnproject van te maken, zonder de ambitie te hebben om een groot label te worden. Na vier jaar zijn we op artistiek vlak heel tevreden. We hebben een paar dingen kunnen doen waar we heel trots op zijn. We krijgen ook heel wat mooie reacties en de samenwerkingen met de kunstenaars zijn altijd fijn verlopen. De zakelijke kant leren we al doende. In het begin was er geen plan op dat gebied en dat blijft een uitdaging. Een paar jaar geleden ging de vinylverkoop heel goed, nu merken we dat dat minder goed draait. Het blijft zoeken naar alternatieve vormen en kanalen. Op dat gebied kunnen we waarschijnlijk nog vooruitgang boeken.

Werd er op voorhand gesproken over dingen die jullie niet willen doen?

RM: Neen. Natuurlijk zijn onze middelen beperkt. We krijgen regelmatig aanvragen, waarop we niet kunnen ingaan. Daarom zijn we begonnen met een sublabel – Et Alia. Veel is daar nog niet op verschenen, maar binnenkort komt er een release van Thijs Troch en Seppe Gebruers, allebei op harmonium. Dit project zal op cassette verschijnen, maar op Et Alia is eigenlijk vanalles mogelijk: een cd, een boekje, of nog iets helemaal anders. Het vormelijke keurslijf van de Edities geldt niet voor Et Alia. Daarop zullen we in de toekomst wel wat meer inzetten, vermoed ik.

Wat staat er op stapel voor de nabije toekomst?

RM: De eerste release die uitkomt is van Eyvind Kang (Amerikaanse violist en componist). Het gaat om een oudere opname die hij maakte in de Verenigde Staten, onder meer Bill Frisell en Jessika Kenney spelen mee. Die verschijnt als dubbel-lp en cd. Die verwachten we in september. Daarna volgt een nieuw album van het Linus-kwintet, met Ingar Zach, Nils Økland en Niels Van Heertum. Daarmee spelen we ook op enkele Aspen Label Nights. Veder neemt dit najaar op, dus het tweede album zal voor het voorjaar zijn. Frederik Leroux heeft een nieuw trio met Frans Van Isacker en Kris Vanderstraeten. Die muziek is opgenomen en proberen we ook rond de concertreeks klaar te krijgen. En dan komt er nog de duo-release van Seppe Gebruers en Thijs Troch, en een duo van Arve Henriksen en mezelf.

Op het album van Eyvind Kang speelt Bill Frisell mee, een grote naam. Is het een ambitie of droom om ooit zo iemand op het label te hebben met z’n eigen ding?

RM: Moest zoiets organisch groeien, dan zou ik daar geen neen tegen zeggen, maar dat is geen doel op zich. Ik ben even graag bezig met een soloproject van Ingar Zach als met een kwartet van Frisell. Natuurlijk is het fijn dat hij meespeelt op een van onze uitgaven. Voor mij persoonlijk was hij een van de grootste invloeden. Maar we gaan niet mailen naar grote sterren om hen te verleiden om iets bij Aspen uit te geven. Ik denk niet dat het zo werkt, of dat zoiets het label helpt.

Linus + Økland/Van Heertum/Zach (c) Dries Segers

We hebben jullie benaderd om een tournee samen te stellen. Het was een lange weg, want ze stond oorspronkelijk gepland in december 2020. Wat waren voor jullie de moeilijkste obstakels om tot een programma te komen?

RM: We hebben al een paar losse label nights georganiseerd, maar nu gaat het om een heuse tournee. We zijn op zoek gegaan naar een combinatie van toegankelijke en avontuurlijke elementen, en verschillende bezettingen: kortere, vaak spannende solo- of duosets in combinatie met bands die een repertoire hebben. Natuurlijk was het ook lastig om de internationale muzikanten gepland te krijgen, maar uiteindelijk is het gelukt. We zijn blij dat we dit kunnen doen en zijn er zeker van dat het mooie avonden worden waarop we onze identiteit kunnen tonen.

Als je iemand tegenkomt die je muziek niet kent en die vraagt wat je maakt, wat is dan je antwoord? Kan je dat omschrijven?

RM: Dat blijft een lastige vraag. Op dit moment maak ik veel akoestische muziek waarin klank – soms onverwachte klanken – een hoofdrol spelen. Abstracte muziek, zouden sommigen misschien zeggen, maar ik vind concrete aanknopingspunten in melodie en harmonie ook heel belangrijk. Dat merk je bijvoorbeeld aan de folkinvloeden her en der. Stille muziek, of verstilde muziek, waarbij het detail en de nuance naar boven komen, ook al lijkt er op het eerste gezicht weinig te gebeuren. Bij Aspen noemen we het meestal ‘integrale muziek’, die niet in hokjes pas en waarin authenticiteit heel belangrijk is, veel belangrijker dan genre bijvoorbeeld.

Een uitsmijter. Niels is naast muziek ook veel bezig met bakken, met zelfs een erg populaire Instagram-account. Dat geeft een muzikant ineens een verrassende, extra dimensie. Heb jij ook zoiets? Lap je oldtimers op of zo?

RM: Nee, niet zo fervent als Niels. Ik ben wel een fervente koker en ik spendeer veel tijd achter het fornuis, maar niet zo specifiek op één ding. Ik heb soms wel wat kleine projectjes, zoals toen ik terugkwam uit Japan ben ik echt op ramen gevlogen, maar neen: bij mij is muziek het enige dat ik met dat niveau van intensiteit al jaren aanhoudt. En dat is genoeg. (lacht)

Catalogus Aspen Edities
Aspen Edities op Bandcamp
Info tournee JazzLab